Eerst primitieve kunst, toen Westerse kunst, toen toeristisch souvenir

Eerst primitieve kunst, toen Westerse kunst, toen toeristisch souvenir. Zo maakte een van de meest populaire houten toeristische souvenirs uit Bali de cirkel rond; dat van de huilende Boeddhistische monnik.

Links de ‘Crouching Figure’ van André Derain, rechts de houten ‘Huilende Monnik’ uit Bali.

Kort na 1900 ontstond in de internationale kunstenaarskolonie in Parijs grote belangstelling voor ‘etnische kunst’. Gauguin ging voor, met de beelden die hij op Tahiti in hout sneed in de traditie van de bewoners van Frans-Polynesië. Afrikaanse maskers in musea en bij handelaren inspireerden Picasso tot de deconstructie van het gezicht en van de gitaar. Het kubisme was geboren. Brancusi maakte een houten figuur die sterk verwant is aan Afrikaanse sculptuur — al ontkende hij zelf die invloed. Toch is deze invloed ook heel duidelijk herkenbaar in de eikenhouten consoles die hij voor tal van zijn beelden maakte. Zijn atelier stond er vol mee.

Eerst primitieve kunst, toen kunst

Maar het was de Franse kunstenaar André Derain die een beeld maakte dat een cirkel rond maakte. Hij zag de beelden van Gauguin, maar ook de ‘originelen’ in het Etnografische museum in Parijs. Volkskunst uit de toenmalige Franse koloniën in Indochina en Afrika.

Ze inspireerden Derain om in 1907 zijn ‘Croucing Figure’ te maken, direct gehakt uit de kalksteen van de trappen van het huis van zijn ouders in Châtou, Frankrijk. Zijn in elkaar gedoken man is bijna vierkant, alsof hij in een kubus moet passen. Zijn voeten zijn stomp, net als die van de God van de Azteken: Xochipilli (toenertijd te zien in het British Museum). De proporties van de zittende figuur zijn echter weer ‘Afrikaans’. 

Kunst groeit uit ideeën

Ik kan niet bewijzen dat uitgerekend dit beeldje als voorbeeld heeft gediend voor een van de meest populaire souvenirs die later door Balinese kunstenaars is gemaakt – nog steeds te koop op de kunstmarkt in Ubud als ‘huilende monnik’. Het is speculatie, maar de gelijkenis is treffend. Kunst ontstaat nooit in een vacuüm. Ze groeit uit de ideeën, experimenten én de misstappen van degenen die haar voorgingen.

Feit is dat het op ‘Tribal Art’ geïnspireerde beeld van Derain begin vorige eeuw furore maakte. Het geldt nu als een belangrijk beeld in de Westerse kunstgeschiedenis, als markering van de zoektocht naar een nieuwe esthetiek. Het is nog steeds te zien in Wenen, in museum MuMok. 


Toen kunst, toen toeristisch souvenir

Het is mogelijk dat ook de Nederlander Rudolf Bonnet en Duitser Walter Spies dit beeld of een plaatje ervan hebben gezien. Het tweetal, zelf ook kunstenaars, stimuleerden op Bali de ‘Art Deco’-stroming. Zij hadden een toeristenwinkel en een groep van plaatselijke houtsnijders die opdrachten voor hen uitvoerden. Zo stimuleerden zij Westerse stilistische invloeden. Zou het kunnen dat zij aan een van ‘hun’ Balinese houtsnijders een prentje of een foto van Derains werk als voorbeeld hebben gegeven? Die vervolgens het hoofd en de handen op het hoofd van de figuur iets liet zakken, de benen kruiste en de kubusvorm van Derain afrondde en meer Oosters maakte? 

De Kus van Brancusi nu ook te koop als koelkastmagneet.

Als dat zo is, werden de houten oer-voorbeelden na een tussenstap in steen toch weer van hout. En was de oorsprong uit de ‘primitieve kunst’ weer teruggebracht in de niet-westerse wereld. Om daarna in honderden Nederlandse huiskamers te blinken, glanzend in de boenwas, als herinnering aan een mooie vakantie in tropisch Indonesië.

Maar niet alleen de Balinezen bouwden mogelijk voort op Derain. Ook Brancusi maakte later een beroemd geworden beeld in kubusvorm, van twee kussende mensen. En ook dat is verkrijgbaar als een toeristisch hebbedingetje: als koelkastmagneet. Te koop in de museumshop van T’Hart Museum in Amsterdam. In houten uitvoering.

Jan Bom 29 november 2025